In december 2019 hebben alle provincies tegelijktijdig beleidsregels voor extern salderen vastgesteld
Beleidsregels extern salderen
Deze beleidsregels zijn voor alle provincies hetzelfde echter per provincie is een afzonderlijk besluit hiervoor opgesteld. Het vastgestelde beleidsstuk laat een techniek welke extern salderen genoemd wordt toe. Extern salderen vindt alleen plaats indien de stikstof depositie van het nieuwe project of plan hoger is dan 0,00 mol per hectare per jaar. Bij het toepassen van extern salderen wordt eerst de Stikstof Depositie op de referentie datum van de saldo gevende activiteit vastgesteld. De referentiedatum is afhankelijk van de datum waarop het gebied waar de stikstof depositie plaatsvind haar beschermde status heeft gekregen. Veel Natura 2000 gebieden hebben op dezelfde datum een beschermde status gekregen. Als gevolg hiervan zijn er drie veel voorkomende referentiedata zijnde 1994, 2000 en 2004. Van de vastgestelde stikstof depositie op de referentiedatum is 70% overdraagbaar. De overdracht vindt plaats van de saldo gevende activiteit naar de saldo ontvangende activiteit. In de onderstaande afbeelding wordt dit weergegeven. Voor het vaststellen van de referentiedatum kijk onder intern salderen.
Bewijstlast referentiedatum
De referentiedatum en de bedrijfssituatie van de saldo gevende activiteit op de referentiedatum dient goed gedocumenteerd te worden vastgesteld. Dit kan door het overleggen van een natuurtoestemming, een hinderwet- of milieuvergunning en of door een activiteitenbesluit melding. Op basis van de bedrijfssituatie op de referentiedatum wordt uitgerekend wat de stikstof depositie in het desbetreffende jaar was. Is de bedrijfssituatie na de referentiedatum gewijzigd dan wordt ook de stikstof depositie op deze wijzigingsdatum vastgesteld. De laagste stikstof depositie is de stikstof depositie welke gebruikt mag worden voor extern salderen. Extern salderen houdt in dat bij een nieuw project of nieuw plan de stikstof depositie vergeleken wordt met de stikstof depositie op de referentiedatum van de saldo gevende partij. Als de de stikstof uitstoot hoger is dan 0,00 mol per hectare per jaar en lager of gelijk is aan de stikstof depositie van de saldogevende partij op de referentiedatum dan is het mogelijk om een Natuurvergunning te krijgen. Tegelijktijdig met het verstrekken van de Natuurvergunning voor het project of plan wordt de Natuurvergunnng, Hinderwet of Milieuverguning of Activiteitenbesluit toestemming van de saldo gevende partij ingetrokken. Voor het gebruik maken van de techniek extern salderen is altijd een Natuurvergunning nodig. Op dit moment (juni 2020) is het nog niet mogelijk extern te salderen met een stoppend agrarisch bedrijf. In de onderstaande afbeelding worden vier voorbeelden van extern salderen gegeven.
Links boven
Bij het toepassen van extern salderen ontstaat "stikstof technisch" de mooiste resultaten als de gebieden elkaar geheel overlappen. Dit is eigenlijk alleen mogelijk indien de saldo gever veel meer stikstof depositie kent als de saldo ontvanger. De saldogever raakt om te beginnen 30% van zijn emissie aan de bron kwijt als beginvoorwaarde om te mogen salderen. Alleen in het geval van een exacte overeenkomst met de emissiepunten komen de verspreidingsgebieden redelijk overeen. Omdat dit vrijwel nooit het geval zijn moet de saldo gever een veelvoud van de emissie hebben van de saldo ontvanger. Het plaatje linksboven gaat uit van 100 Kg van de saldo ontvanger en 200 Kg van de saldo gever. De start emissie van de saldo gever dient daarom omgerekend 285 Kg (vanwege de 30%) te zijn. Hierbij is nog niet gecorrigeerd voor hoogte van de emissie punten en warmte inhoud e.d die ook een invloed hebben op het verspreidingsgebied.
Rechts boven
In deze afbeelding zijn twee exact gelijke (beide 100 Kg) emissies weergegeven die een verschillend emissiepunt kennen. Als gevolg van een verschil in emissiepunt overlappen de verspreidingsgebieden elkaar niet meer geheel. De twee emissiepunten liggen 3,7 Km uit elkaar en zijn met een gele stip weergegeven. In dit voorbeeld is er dus geen externe verrekening mogelijk. Als de saldo gever 100 Kg (dus bij een emissie van 142 Kg bij zijn emissiepunt) inzet heeft de saldo ontvanger nog steeds een stikstof depositie die niet volledig gecompenseerd is. Soms biedt dan intern salderen of een ecologische beoordeling nog mogelijkheden.
Links onder
Hierbij is de saldo gever 400 Kg (gecorrigeerd voor 30% 571 Kg) groot en de ontvanger 100 Kg. De emissiepunten komen overeen. Het is mogelijk iets met de binnenste vlek (ontvanger) te schuiven om te komen tot een passende externe verrekening. Omdat de depositie rondom het emissiepunt het hoogte is zal er indien er te ver geschoven wordt alsnog een mismatch ontstaan. Er kan dan een overschrijding vlakbij het emissiepunt ontstaan.
Rechts onder
Indien de depositie verspreidingscontouren elkaar niet overlappen is er geen externe verrekening mogelijk.
Uit het voren gaande blijkt dat de techniek van extern verrekenen niet heel eenvoudig is toe te passen. Pas als er veel Kg aanwezige zijn bij de saldo gever en er een redelijke overlap is tussen de verspreidingsgebieden kan er een match tussen saldo gever en ontvanger ontstaan. Omdat op dit moment (juni 2020) het nog niet toegelaten is om te salderen met een veehouderij wordt de techniek nog niet veel toegepast.